In de hostel in Taupo heb ik gisterenavond een lift kunnen regelen een heel eind op weg naar mijn volgende bestemming: het Tongariro National Park. Dat is het oudste nationale park van Nieuw-Zeeland. En niet zo maar eentje: je vindt er drie vulkanen. En daarom heen loopt de Tongariro Northern Circuit. Een wandeling die hoog op mijn lijstje staat. Gisteren in Taupo heb ik al flink ingeslagen in de supermarkt; ik heb nu voedsel voor meer dan 5 dagen in mijn rugzak, die er daardoor niet lichter op is geworden.
Afbeelding van Makalu via Pixabay
Publicatie van de dagboeken van mijn wereldreis in 1990 en 1991
Woensdag 13 t/m vrijdag 15 maart 1991
Wat hieraan vooraf ging lees je in:
Tussenstop in Taupo
Laatste update: 9 december 2020
Naargeestig hotel
Aan het eind van de ochtend word ik afgezet ter hoogte van de afslag naar Whakapapa, het toeristendorpje waar je het bezoekerscentrum vindt, maar ook The Tongariro Chateau. Een naargeestig hotel dat iedereen die de film The Shining heeft gezien, wel zal herkennen: een kloek, Engels of Schots aandoend landhuis, met een geïsoleerde ligging en op de achtergrond een paar dreigende vulkanen. Eén keer met mijn duim omhoog en ik heb een lift van 9 kilometer naar dit oord.
In het bezoekerscentrum informeer ik naar de weersomstandigheden voor de komende dagen. Vandaag is het kraakhelder, maar morgen zal er veel bewolking zijn en regen in de hoger gelegen gebieden. Ik investeer 60 NZ$ in een Backcountry Hut Pass waarmee ik een jaar lang geen verdere kosten meer heb voor overnachtingen in de natuurgebieden van Nieuw-Zeeland. En dat zijn er bere veel. Ten slotte organiseer ik mijn bagage en geef een tas met onnodige inhoud af ter bewaring.
Het park kent dus drie vulkanen: de volmaakt kegelvormige Ngauruhoe, de Tongariro en de Ruapehu. En rondom de eerste twee loopt een route die je in een dag of vier af zou moeten kunnen leggen. Misschien een dag extra bij slecht weer. De route staat bekend als The Tongariro Northern Circuit, één van de negen Great Walks die je kan doen, zeg maar de negen eigen wereldwonderen van Nieuw-Zeeland.
De kop is er af: Tongariro Northern Circuit
Ik ga van start over het pad dat zo’n beetje achter het horror-hotel begint. Eerst nog door wat lage beukenbosjes, maar al snel over een goed onderhouden pad dat door een gebied met hoge graspollen loopt en vooral veel beekjes en stroompjes in ondiepe maar steile beddingen. Na een poosje krijg ik vrij uitzicht op de kegel van de Ngauruhoe. De bestemming voor vandaag, de Mangatepopo hut, bereik ik binnen 2,5 uur zonder al te veel moeite. Het is de opmaat voor de tocht omhoog die ik morgen ga aanvangen.
Ravioli uit blik
Maar er is nog wat tijd over, dus ik beklim een bergrugje achter de hut om de zonsondergang te kunnen observeren. Het uitzicht is betoverend. Links van mij de Ngauruhoe vulkaan en recht voor me, het uitzicht naar het westen, helemaal tot Mount Egmont*, een nog wat hogere vulkaan met ook al zo’n perfecte kegelvorm, aan de westkust.
*Tegenwoordig wordt Mount Egmont liever bij zijn oorspronkelijke Maori naam genoemd: Mount Taranaki
Terug in de hut bereid ik een maaltijd: ravioli uit blik, wat rauwe wortels en een appel. Ik praat wat met andere trekkers en als de zon al enige tijd achter de horizon verdwenen is, en de duisternis is ingezet, vind ik het prima om de warmte van mijn slaapzak op te zoeken. Morgen zal het een stuk frisser en ook natter zijn. We zullen het wel zien, deze dag neemt niemand mij meer af!
De volgende ochtend bestaat mijn ontbijt in de Mangetapopo Hut uit muesli, appel en een stuk chocola. Zoals verwacht is het weer omgeslagen. Er is wat laaghangende bewolking, die de vulkaantoppen waar ik gisteren nog zo’n fraai zicht op had, verborgen houdt. Het pad van de Tongariro Northern Circuit dat ik moet volgen gaat gestaag omhoog en verdwijnt ergens in de verte waar het wolkendek de berghelling raakt. Dat wordt dus een verrassingstrip.
In de wolken van de Tongariro Northern Circuit
Het eerste stuk is prima te doen en ik loop langs de Mangatapopo stream vrij eenvoudig omhoog. Ik passeer een Duits stel, dat in het Duits de weg aan mij vraagt. Maar ze kunnen niet eens weten dat ik hun taal versta. Wat is dat toch altijd met die Duitsers om dan niet eerst even beleefd te vragen ob ich vielleicht Deutsch sprechen kann?
Ter hoogte van Soda Springs, een watervalletje in een vrij vochtige omgeving met veel mossen en boterbloemen, begint het pad abrupt te stijgen. Een klim van ongeveer 250 meter brengt me letterlijk in de wolken. Maar ook figuurlijk, hoewel het nu wel ook begint met regenen. Aan het einde van de klim op een klein plateau, kom ik een tentje tegen. Daarin zijn twee Denen net aan het ontbijt. Ik houd hen even gezelschap buiten de tent, terwijl ik wat water opzet voor een kop koffie.
Hoogtevrees
Voordat ik weer opstap, trek ik een extra trui aan, want de temperatuur doet hier boven ook een stapje terug. Het volgende traject gaat over de bodem van de South Crater, een zeer vlak stuk, waar het pad naar de overkant is gemarkeerd door palen in de grond, op zo’n 20 meter uit elkaar. En dat komt goed uit met de mistflarden die met tussenpozen vrij dicht zijn. Maar het volgend moment is het al weer zo helder dat je de overkant van de krater goed kan zien. Wel steekt er een koude wind op, gepaard met slagregens. Verkwikkend op zijn minst.
Aan het eind van de krater sta ik voor een nieuwe klim van zo’n 200 meter. De wind blijft genadeloos hard waaien en beukt op me in. Het pad is glibberig en smal met links van mij de behoorlijk steile afgrond. Halverwege passeer ik een stel Engelsen, die het ook koud hebben. Maar wat lastiger is, één van hen is er net achter gekomen dat hij hoogtevrees heeft. Ik help zijn vriendin om hem door het meest benarde stuk heen te praten en met succes. Even verderop wordt het pad breder en gaat het beter met hem. We komen aan op een bergkam waar de wind nu echt vrij spel heeft op de wandelaars. Gelukkig begint het pad van de Tongariro Northern Circuit vrij snel aan de andere zijde van de bergkam te dalen, waarna de wind behoorlijk afneemt en het stop met regenen.
Roestbruine krater
Dan schuiven weer wat mistflarden opzij en ontwaar ik in de diepte onder mij vier meertjes: de drie Emerald Lakes en even verderop het grotere Blue Lake. En als er nóg meer wolken wegdrijven, zie ik een enorme roestbruine krater voor mij: Red Crater. Wat een schouwspel!
Nog een uur flink doorstappen en ik arriveer bij de Ketetahi Hut. Hier vandaan heb je prachtige uitzichten naar het noorden tot aan Lake Taupo. Het is een vrij kleine hut, en hij begint zich al aardig te vullen met mensen die hier willen overnachten. Maar het is nog vroeg in de middag. Ik maak eerst maar eens een goede lunch voor me zelf klaar, maar besluit daarna hier niet te blijven. Ik ga voor de volgende hut langs de route van de Tongariro Northern Circuit. Daarvoor moet ik wel een stuk terug langs de route tot aan de krater waar het weer zo slecht was, waarvandaan het pad naar de Oturere Hut zich aftakt.
Vroeg onder de wol op de Tongariro Northern Circuit
En zoals verwacht, kom ik weer even door het winderige en regenachtige gebied. Maar na de afsplitsing van het pad daalt het pad steil naar beneden, de wind neemt weer af en de temperatuur stijgt weer wat. Ik loop door een landschap vol met verspreid liggende rotsblokken van allerlei formaten, alsof ze door iemand met bovennatuurlijke krachten hier neergestrooid zijn. De Oturere Hut bereik ik na 2 uur en een kwartier lopen. Het is er een stuk ruimer en ook rustiger. Ik ontmoet er weer het Deense stel. Later komen daar nog een paar Noren en Australiërs bij. Iedereen kookt z’n eigen potje en gaat vroeg onder de wol.
Gestolde lava
Op vrijdagochtend is het weer er niet slechter op geworden: het is droog maar nog wel bewolkt. Ik ben weer vroeg op pad en stop na ongeveer anderhalf uur voor koffie. Het pad gaat over ruggen van gestolde lavastromen, geleidelijk aan naar beneden. Best een makkelijk stuk dus. Kort na de koffiebreak kom ik langs weer een hut, waar ik nog even stop om wat ervaringen uit te wisselen met de daar aanwezige wandelaars. Ik ontdoe mij inmiddels van een laag kleding, want de temperatuur laat dat wel toe.
De rest van het pad, nog zo’n 16 kilometer, gaat door vlak terrein met hier en daar een stukje bos, terug naar Whakapapa, waar ik eergisteren ook gestart ben. Ik arriveer daar om kwart over vier en heb daarmee de Tongariro Northern Circuit binnen drie dagen volbracht, terwijl ik wel voor vijf tot zes dagen aan eten met me aan het meesjouwen ben geweest.
Vanaf Whakapapa kan ik vrij snel een korte lift organiseren naar het plaatsje National Park, waar ik een bed kan boeken in de Howards Mountain Lodge. Een normale hostel, terug in de bewoonde wereld. Ook wel weer eens goed na drie dagen in de bush. En maar weer plannen maken voor de komende dagen.