Nadat de toeristische hoogtepunten van Singapore aan de beurt zijn geweest (musea, dierentuinen, etc.), lijkt het me vandaag wel leuk om wat volksbuurten van Singapore te bezoeken, zoals Chinatown. Het is vandaag zondag. Op die dag vindt er wekelijks een vogelzangwedstrijd gehouden in Singapore. Waar precies, dat weet de receptionist van Airmaster’s Guesthouse me wel te vertellen. Niet veel later zit ik met een briefje met zijn aanwijzingen al in de metro, op weg er heen.
Publicatie van de dagboeken van mijn wereldreis in 1990 en 1991
Zondag 30 september 1990
Vogelgezang
Ik stap uit en kom boven de grond in een onooglijke woonwijk. Moet ik hier echt zijn? Ik kijk nog een keer op het briefje van de receptionist. Maar na een paar hoeken om te zijn gelopen zie ik even verderop een groep mensen bij elkaar. Ze zitten allemaal op een terras te luisteren naar het gezang van vogeltjes. Die vogeltjes zitten in kooitjes. Het ene kooitje is nog mooier dan het andere. Alle kooitjes hangen bij elkaar. Het zijn er zeker meer dan honderd.
En uit die kooitjes klinkt het gezang van meer dan honderd vogeltjes. Het is een getsjilp van jewelste. Onder de kooitjes de baasjes en overige toehoorders. Hoe men nu uit al dat getsjilp de beste zangvogel kan onderscheiden, dat is mij wel een raadsel. Maar mooi was het wel, al dat vogelgezang. Er blijkt ook aardig wat geld om te gaan in deze business. Een man naast mij wijst me op een vogel die een waarde van tweeduizend Singapore dollar zou vertegenwoordigen…
Alle wereldgodsdiensten bij elkaar
Na een uurtje hier rondgehangen te hebben pak ik de metro naar Chinatown, één van de weinige buurten in Singapore die nog niet al te zeer aangetast werd door de bouwdrift en waar je nog door typisch Aziatische achterafstraatjes kan wandelen. Dat doe ik dan ook maar de wijk biedt mij weinig nieuwe indrukken. Ik heb er dit voorjaar immers drie maanden China op zitten. Daarmee vergeleken is Chinatown in Singapore een openluchtmuseum.
Nu zou je denken dat je hier in Singapore in Chinatown alleen nog maar Chinezen tegenkomt. Niets is minder waar. Het is één van de grootste culturele smeltpotten die ik ooit ben tegengekomen. Op zeer korte afstand van elkaar vind je niet alleen Chinees boeddhistische tempels, maar ook een Hindoetempel en een moskee. Tel daarbij nog de St Andrew’s Cathedral aan de overkant van de Singapore River op, en je hebt alle wereldgodsdiensten gebroederlijk bij elkaar op één vierkante kilometer.
Water en vuur
Ik breng een bezoek aan de Sri Mariamman Tempel, waar alle hindoes in Singapore naar toe gaan. Er is net een ceremonie aan de gang dus de tempel wordt druk bezocht. Wat er zich exact afspeelt zie ik niet goed, maar er komt water en vuur aan te pas, terwijl een mannetje op de grond zich een slag in de rondte drumt.
Terug in de guesthouse, waar ook een reisbureau aan verbonden is, informeer ik naar de prijzen voor vliegtickets naar Indonesië. En voor ik het weet sta ik op de wachtlijst van een vlucht van China Airlines van morgenavond. Morgen hoor ik of er plaats is voor mij.