Christchurch is de laatste bestemming van mijn reis die bijna dertien maanden in beslag nam. Ik heb twee dagen om de stad te leren waarderen. Maar in de tussentijd moet ik ook nog wel wat zaken regelen voor de grote reis terug naar Europa. Het is dus te hopen dat Christchurch nog een eerlijke kans krijgt.

Publicatie van de dagboeken van mijn wereldreis in 1990 en 1991

Zondag en maandag 28 en 29 april 1991

Laatste update: 31 augustus 2020

Fawlty Towers?

Ik voel me wat ontheemd in Charlie Brown’s, het nogal grootschalige hostel. Daar ben ik gisterenavond aanbeland na mijn bustrip over het Zuidereiland. Ik mis de contacten met medereizigers. Iedereen is hier met zijn eigen ding bezig. Het eerste wat ik vandaag doe is verhuizen naar de Foley Towers. Dat is een kleine hostel met een beetje een huiskamersfeer. Waar je er verderop in het land wel meer van tegenkomt. De villa aan Kilmore Street ziet er ook wel een beetje uit als het hotel uit Fawlty Towers.

Christchurch en de Avon

Dan is het tijd voor Christchurch. Het is een zeer geordende stad. Het vierkante stratenpatroon wordt speels onderbroken door het kronkelende lint van de Avon. De rivier trekt zich niets aan van de strakke opzet van de stad en meandert er vrolijk op los. En de Avon, die kennen we natuurlijk nog van Engeland. Het is ook net alsof je hier in een Engelse stad rondloopt.

christchurch, avon
Net als in Oxford zie je ook hier punters door het park varen.

De rivier wordt omzoomd door schaduwrijke bomen nu met prachtige herfstkleuren. En om het plaatje compleet te maken wordt er gevaren met punters. Die zelfde platte schuitjes die je in Oxford en Cambridge tegenkomt; de roeier als een gondelier op de achterplecht. De Kiwi’s hebben de rivier totaal ‘verengelst’. Eigenlijk heet de rivier Otakaro, dat is in ieder geval de naam die de Maori’s de rivier toebedacht hadden. Het betekent ‘speelplaats’ omdat de Maori-kinderen altijd graag aan de oevers van de rivier speelden.

christchurch, avon
De Avon slingert door Christchurch. In moederland Engeland stromen drie rivieren met de zelfde naam.

Arts Centre

In de hostel was ik vanochtend getipt over het Arts Centre. Het is een bonte verzameling van allerlei kunststudio’s, winkeltjes, theaters, bioscopen en cafeetjes. Dit alles in een complex van neo-gotische gebouwen. De 19e-eeuwse architectuur van het moederland. Het is er druk zat. Vooral veel families met kinderen op deze druilerige zondagmiddag. Mijn oog valt op een poster met daarop de aankondiging van een expositie over Antarctica in het Canterbury Museum. En dat is hier vlak tegenover.

Antarctica

Op de expositie is veel aandacht voor Ross Dependency. Nieuw-Zeelands enige overzeese gebiedsdeel: een punt uit de Zuidpool-taart. Een gebied dat ruim anderhalf keer zo groot is als het moederland. Maar dan wel een flinke hap eruit genomen door de Rosszee. Tja, Nieuw-Zeeland gaat hier aan de overkant van de zee gewoon verder. In een wereld van sneeuw en ijs. De expositie is inspirerend. Met de moed der wanhoop zet ik weer een bestemming op mijn reisverlanglijstje. Zonder vinkje ervoor.

Ik ga op zoek naar een supermarkt die op zondag open is en met wat rondvragen lukt me dat. Ik koop wat spullen voor het avondeten en alvast een voorraadje Cadburyrepen, want die heb je niet in Nederland. In keuken van de hostel bereid ik van de gekochte ingrediënten een snelle hap. De rest van de avond rommel ik wat aan.

christchurch
Winkelgevels in New Regent Street, de mooiste straat van Christchurch.

Plannen voor Sydney

Op maandag is alles weer open en ik heb nog veel te regelen. Dus probeer ik mijn tijd zo economisch mogelijk in te delen. Ik ga eerst langs het kantoor van Qantas. Mijn vlucht van morgen moet herbevestigd worden. Ik heb het zo geregeld, dat ik morgenavond eerst naar Sydney vlieg en dan pas woensdagochtend door naar Londen. Zo kan ik nog een laatste avond in Sydney oude vrienden ontmoeten. Een slaapplaats regelen lijkt met niet zo’n toer.

De volgende op het lijstje is het postkantoor om de poste restante te checken. En om een pakket overtollige bagage op te halen dat ik maanden geleden vooruit had gestuurd vanuit de Coromandel. En in de poste restante ligt een kaart van Mick uit Sydney. Als ik bel vanaf de luchthaven, dan komt hij me ophalen morgenavond. For a night of eating, drinking and getting wasted. Precies wat ik nodig heb vlak voor de lange reis naar huis.

Een oersaai plein

In een boekenwinkel koop ik een hele verzameling wandelkaarten van tochten die ik nog wil lopen. Want ik heb mij natuurlijk voorgenomen zo snel mogelijk weer terug te keren naar dit land.

Dan is het nog tijd voor een bezoek aan hartje Christchurch: Cathedral Square. Het is eigenlijk een oersaai plein met in het midden een kerk waarvoor je in Europa nog geen kilometer om zou rijden. Het is niet de kerk waar de stad naar genoemd is (dat is namelijk de Christ Church van Oxford). De kerk met haar spitse toren wordt op het plein omringd door fantasieloze moderne gebouwen.

christchurch, cathedral square
De anglicaanse kathedraal van Christchurch bepaalt in zijn eentje de skyline van de stad.

Gelukkig hebben we de Wizard

christchurch, wizard
Rond de middag ga ik even kijken bij de Wizard, die op Cathedral Square een handjevol mensen staat toe te spreken.

Des te aardiger is het dat al deze saaiheid door één kleurrijk persoon wordt doorbroken. Je mag de wizard met recht de meest kleurrijke persoon van Nieuw-Zeeland noemen. Sinds 1974 staat de van oorsprong Engelse Ian Brackenbury Channell op een laddertje elke doordeweekse dag te oreren op Cathedral Square. De man is een doorn in het oog van de autoriteiten. Enkele jaren geleden bedacht het stadsbestuur om alle telefooncellen van hun traditionele rode kleur te ontdoen. Daarvoor in de plaats werden ze overgeschilderd in saai grijsblauw. Waarna de wizard er met zijn potje rode verf de telefooncellen terug bracht in hun originele kleur. Dit tot groot vermaak van de meerderheid van het publiek. Zo’n man is de wizard.

christchurch, wizard
Onvermoeibaar oreert de wizard er op los vanaf zijn trapje op Cathedral Square.

Waar hij het vanmiddag allemaal over heeft, ontgaat me. Ik val midden in zijn toespraak en zing het ook niet tot het eind toe uit. Dat komt omdat ik in het publiek Nicolas ontwaar. Ik had hem op de Kepler Track ontmoet. Een Zwitserse jongen zoals alleen Zwitsers eruit kunnen zien: blonde krullen en een baard met houthakkersblouse. Maar dat kledingstuk lijkt iedereen hier wel te dragen. Nicolas was kort daarvoor teruggekomen van Antarctica, waar hij bodemonderzoek had gedaan voor zijn studie. Hij kan er boeiend over vertellen en als we langs een kiosk lopen wijst hij op een editie van het tijdschrift New Zealand Geographic. Met daarin een artikel over Antarctica én met -verhipt- zijn hoofd op de cover. Met een sjaal voor zijn gezicht waarin zijn adem bevroren is.

Het laatste avondmaal

Ik kan de dag in deze op en top Engelse stad niet beter eindigen dan met een portie fish and chips. Het laatste avondmaal in Nieuw-Zeeland. Dat alles weggespoeld in de lokale pub met een jug DB, een bekend Nieuw-Zeelandse biermerk. Als je hier met twee of meer gaat drinken, dan bestel je een jug, een soort kan met bier. Glazen worden er bij geleverd en je schenkt zelf uit. Ook weer zo’n kleine kiwi-gewoonte die me bij zal blijven. Morgenavond, in Sydney zal ik weer tussen de Aussies staan, die hun bier gewoon direct uit het blik drinken. Elk land zo z’n gewoontes.

christchurch, hagley park
De herfst zet Hagley Park in Christchurch in een goudgele gloed.
christchurch, hagley park