In de nacht loopt een schim door onze slaapzaal. Ik denk dat ik de enige ben die wakker is aan de slaapgeluiden van de anderen te horen. Vanuit mijn slaapzak observeer ik de gedaante die niet al te koersvast lijkt te zijn. En ik heb al snel in de gaten dat het de hotelmanager is, die kennelijk uit zijn roes ontwaakt is.

Publicatie van de dagboeken van mijn wereldreis in 1990 en 1991

Vrijdag 25 mei 1990

Smaakverrassing

Ik stap uit mijn bed en loods hem met zachte hand de gang op, waarna hij zich oprolt onder zijn bureau, waar iets van een half matras ligt. Verder verloopt de nacht zonder noemenswaardige incidenten.

In Jinghong was ik al weer snel gewend geraakt aan lekkere ontbijtjes, zoals french toast met banaan en de niet te versmaden yoghurtjes. Dat is wat mij betreft dé smaakverrassing van China: overal kan je ze krijgen, de kleine flesjes met licht gezoete yoghurt. Altijd een fris en lekker tussendoortje. Maar in een oord als Damenglong, wat nog niet echt op de toeristische kaart staat, ontbijt je gewoon mee met de locals. En als in Damenglong iedereen noodles met véél peper erin eet, dan eet jij dat ook voor ontbijt.

Omdat ik hier gisteren zo’n beetje alles wel gezien heb, besluit ik weer terug te keren naar het ‘basiskamp’ in Jinghong. Samen met de vier andere backpackers die de nacht in Damenglong hebben doorgebracht koop ik een buskaartje, waarmee de bus vol zit en gelijk kon vertrekken.

Damenglong, Xishuangbanna
De omgeving van Damenglong leent zich uitstekend voor het maken van lange wandelingen.

…stijgt er een rochelend geluid uit de keel van de chauffeur op waarna hij een hele vette fluim lanceert, het raampje uit denkt hij. Maar die heeft hij net vijf minuten geleden dicht gedaan.

Enorme flats

De chauffeur heeft er zin in vandaag: met flink veel gas op de plank schiet hij er vandoor. Eén van de passagiers vraagt of hij zijn raampje dicht kan doen, vanwege de toch wel kille tocht in de bus. Kort daarna stijgt er een rochelend geluid uit de keel van de chauffeur op waarna hij een hele vette fluim lanceert, het raampje uit denkt hij. Maar die heeft hij net vijf minuten geleden dicht gedaan. Met als gevolg een enorme flats op zijn zijraampje. Het is de eerste keer dat ik een hele bus Chinezen vol overgave heb zien lachen.

Na de rit te hebben uitgezeten zonder verdere incidenten komen we rond de middag weer aan in Jinghong en ik ben blij weer in het Banna Hotel te zijn. Melchert is ook weer aan het opknappen van zijn raadselachtige ziekte, gelukkig maar. Ik gebruikte het woord al: basiskamp. In China werkt het heel goed om een plek uit te kiezen met veel faciliteiten voor reizigers, dat je dan als basis neemt om van daar uit één- of meerdaagse tripjes in de omgeving te maken. Hierdoor hoef je ook niet elke dag je hele hebben en houwen mee te zeulen: de bulk van je bagage laat je gewoon in het ‘basiskamp’ achter. Heel efficiënt en je komt ook veel sneller in minder platgelopen oorden zoals vandaag in Damenlong, of nog niet zo lang geleden in Jiuzhaigou, toen ik vanuit Chengdu meerdere trips maakte.

basiskamp Jinghong
Weer terug in het Banna Hotel met hetzelfde idyllische uitzicht over het dal van de Mekong.

Insectenplaag

De middag gebruik ik om het volgende uitstapje in Xishuangbanna voor te bereiden, een bezoek aan de zondagsmarkt van Menghun. En dat doe je vooral door andere reizigers te spreken die er geweest zijn en te informeren naar vervoer, aangezien de Lonely Planet niet echt veel aandacht hieraan besteedt.

Voordat ik ga eten loop ik nog even de slaapzaal binnen, die ineens haast zwart ziet van de enorme insecten. Ik haal even de andere bewoners van onze kamer erbij om een bestrijdingsplan te bespreken. Maar als we nog even rondhangen blijkt dat niet eens nodig. Een heel legertje gekko’s lijkt te zijn uitgerukt om deze insectenplaag aan te pakken. Volgens een mannetje van het hotel gebeurt dat vaker. En hij krijgt gelijk. Als we diep in de nacht, na een uitgebreide maaltijd en drinksessie terugkeren in de kamer klinkt er geen gezoem meer op de kamer.